“Lefevere had Alaphilippe krediet moeten geven” | Wielerclub Wattage 14

Een nieuw wielerseizoen is begonnen en dus heeft Ruben Van Gucht de leden van Wielerclub Wattage weer opgetrommeld. Tom Boonen, Jan Bakelants, Dirk De Wolf en Mark Uytterhoeven lanceren nieuwe inzichten (Lefevere is te streng, Kopecky quasi onklopbaar en Tim Wellens dicht bij z’n eerste zege) en straffe verhalen (over zatte Dirk, taalvirtuoos Ruben en een gesplitte wielerclub).

00:00 intro
02:24 Lefevere vs Alaphilippe
07:34 taaltips met Mark
10:40 verhaal van Jan
14:18 de wattagemeter (wielermanager)
28:11 verhaal van Dirk
31:19 straffe stoot
36:26 Remco Evenepoel
43:55 verhaal van Tom
46:55 quiz
48:36 Lotte Kopecky
51:47 wielermanager vrouwen
53:47 verhaal van Mark
57:30 pronostiek
59:30 het eindlied

Bekijk of beluister Wielerclub Wattage ook op:
– VRT MAX https://www.vrt.be/vrtmax/podcasts/sporza/w/wielerclub-wattage/#afleveringen
– Spotify https://open.spotify.com/show/0VJg7DXWiJKD8h2llGSWtj?si=9a42f5c003c7406c&nd=1
– Apple Podcasts https://podcasts.apple.com/be/podcast/wielerclub-wattage/id1674547972

Vrienden en vriendinnen, het is woensdag 21 februari. Bijna zeven maanden, ofwel 29 weken, 203 dagen, zo lang is het geleden dat de club der clubs nog eens is samengekomen. De wonderen zijn gelukkig de wereld nog niet uit. ‘Wielerclub Wattage’ is nog steeds alive and kicking. Zijn dus op het appel hier in Ninove:

De vaste kernleden van ‘Wielerclub Wattage’. We gaan die onthalen als echte rocksterren. Dames en heren, graag uw applaus voor Jan Bakelants, Tom Boonen, Mark Uytterhoeven en Dirk De Wolf. Welkom bij de club. We zijn dus au grand complet, zoals dat dan heet. Tom, Jan, Dirk en Mark,

Die hopelijk een geweldige winter achter de rug hebben en nu klaar zijn voor een tiental weken ‘Wielerclub Wattage’. Een van de elementen die nog steeds terugkomen is het ‘Wielerclub Wattage’ contactcenter. Mensen konden een bericht of een vraag insturen of whatever. Ik ga er een paar uit pikken.

Bijvoorbeeld aan het adres van Jan. Snel antwoorden. Wie gaat het werk van Nathan Van Hooydonck overnemen in het voorjaar? Tiesj Benoot. – Dat is al vroeg in de koers. Oké. Tom, hoe hard kan een rivaal door je hoofd spoken? Dat hangt van persoon tot persoon af. Rivalen kunnen spoken worden.

Wie zat er bij jou het meest in je hoofd? Ik kon dat redelijk goed wegfilteren, maar je bent wel bezig met de tegenstand. Zeker als je van die mannen hebt… Ik had dat in de jeugd veel met Steegmans. De angstgegner, zoals dat dan heet. – Hij klopte mij net iets te veel.

Vraagje voor Dirk nog. Doe je dit liever dan fietsen op Tenerife? Eigenlijk wel, want in Tenerife wordt het lastig tegenwoordig. Ik zie het dat het een beetje lastig wordt. Het is een goede winter geweest. Het is een hele goeie winter geweest. – Je krijgt thuis goed eten.

Oké mensen, u mag ook een aantal nieuwigheden verwachten. Zoals de wattagemeter, de strafste stoot van de week en nog veel meer in de eerste aflevering van seizoen 2. Live vanuit een tot de nok gevuld Plomblom in Ninove. Jawel. En gevuld zal het ook zijn de komende weken. De zalen zitten vol.

Enkel in Brugge zijn er nog een paar tickets beschikbaar via wielerclubwattage.com. Maar we gaan praten over de koers. Dat is de basis van dit programma. Ik ga beginnen met het meest sappige, prangende verhaal van de voorbije dagen: Julian Alaphilippe. Door Patrick Lefevere in gang gestoken. Hij zei in Humo: Te veel feesten,

Te veel alcohol, te veel onder de sloef bij Marion Rousse. Die heeft dan gereageerd. Zij heeft aan het adres van Patrick Lefevere gezegd: Wat de gevoelens van meneer Lefevere ook zijn, het is onaanvaardbaar om ons privéleven zo aan te vallen. Is het geoorloofd wat Lefevere doet, Jan?

Ik had dat niet gedaan in zijn plaats. Maar ik ben Jan Bakelants en Patrick is Patrick. Ik denk dat hij dat beter had kunnen aanpakken. Dat zijn ook, ja… En hij had zijn punt vorig jaar al gemaakt. Je moet er niet over blijven doorbomen. Bovendien was Alaphilippe best goed bezig.

Hij reed goed in de Tour Down Under. Dus ik had toch zeker even krediet gegeven. Hypothekeer je zijn voorjaar op deze manier? Of zet hij zich daarboven? Je verzuurt relaties na een precaire winter waarin er eerst ook al die fusie was. Ze waren weer aan het normaliseren.

Ik denk dat je daar het best… Zeker nu de ploeg zo goed vertrokken is. ..zo ver mogelijk van af blijft. Misschien heeft hij zich in zijn enthousiasme laten meeslepen door dat interview met De Cauwer. Die zal hem ook zeker niet hebben tegengehouden. Zo zal er wel wat olie op het vuur gekomen zijn.

En er zijn dingen gezegd die Patrick nu ongetwijfeld zal betreuren. Hij heeft het een beetje genuanceerd ondertussen. Maar het is wel gezegd. Heeft iemand een andere mening? Ik vond het ook compleet overbodig om daar nu nog over te praten. Ik had ook de indruk dat Julian goed bezig was.

Vaak is het zo dat ze wakker geschud zijn na een gesprek in het jaar dat het moet gebeuren. Maar net aan de vooravond van het nieuwe seizoen dat oprakelen… Het kan ook zijn dat het interview twee maanden geleden is afgenomen.

Dat weten we niet, maar het was niet aan de orde om erover te beginnen. Jij bent ploegleider geweest, Dirk. Stel… We gaan ervan uit dat Alaphilippe zich niet altijd even professioneel gedragen heeft. Heb je dan als manager het recht om dat in het publiek uit te spreken? Of moet je dat intern doen?

Hou dat intern en spreek erover met Julian. Je probeert dat te minimaliseren, dat het niet meer gebeurt. Dat hij nog één of twee jaar top kan zijn. Maar wat nu in de pers gekomen is, is niet goed om aan het voorjaar te beginnen. We staan zaterdag voor belangrijke weken.

En dat dat er nu tussen komt, is zeker niet goed voor de sfeer. Oké. Geïnterviewden zijn eigenaar van hun woorden. Die mogen nakijken. – Dat is juist. En als Patrick Lefevere daar geen tijd voor heeft, of daar de feeling voor mist, dan is er een communicatiemanager.

Die zegt dan: Patrick, dat zou ik schrappen, dat lijkt nergens op. Zo simpel is het. Er zijn meerdere mensen in de fout gegaan. Ik denk dat dit door de mazen van het net geglipt is. Dat Patrick dat interview heeft gedaan zonder persverantwoordelijke. Dat had nooit gepasseerd.

Wat in principe in een professionele structuur niet kan. Ik denk niet dat je… Ik weet niet… Richard Plugge, om die naam maar te noemen. Ik wil er niet per se iemand uit pikken. Maar dat daar het communicatieteam wel bovenop zit. Hebben ze dan wel voldoende inbreng bij Patrick? Dat weet ik niet.

Maar het is ook mooi dat Patrick toch tijd wil maken voor de pers en af en toe iets gepeperds wil zeggen. Want als iedereen zo voorgekauwd gaat zijn als andere managers, dan hebben we ook niks meer om ons aan op te trekken.

Jij kent hem lang, Tom. Je hebt zo lang met hem samengewerkt. Soms heb je de indruk dat het nog crescendo gaat met bepaalde uitspraken die hij doet. Of was dat vroeger ook al zo? Ik denk dat het altijd zo geweest is. Maar we zitten met een andere samenleving,

Waar iedereen kan en mag reageren. Er wordt meer uitgesmeerd. Maar Patrick is nooit anders geweest. Dus hij heeft jou ook geprikkeld in het verleden? Meer dan geprikkeld. Mark verslikt zich. Als dat uitkomt, dat Lefevere ooit Boonen geprikkeld heeft… Patrick is nooit de meest subtiele geweest. In niks.

Ik zal niet zeggen dat het een spelletje is, dat is gewoon wie hij is en hij zal het zelf ook wel bespreken. Maar hij durft dat ook via de pers te doen. Maar dit is iets anders. Dit was niet meer aan de orde. Het is al uitgesmeerd geweest.

En nu nog wat olie op het vuur gieten… Niet de meest verstandige zet. We zijn het er allemaal over eens. Maar dat interview zal gebeurd zijn zonder medeweten van de perschef. Het kan Julian ook motiveren. Het kan ook een motivatie zijn. Ik hoop het, want hij zit in mijn ploeg.

Bij mij ook, dacht ik. Nee, het kan ook een motivatie zijn. Je kunt je eraan optrekken, of je gaat eronderdoor. Ik maak meteen een brugje naar Visma-Lease a Bike. Vinden jullie het verstandig dat ze daar zeggen dat enkel de Ronde en Roubaix tellen als overwinning? Dat is daar gezegd. – Dat mag.

Je mag dat zeggen. – Ja. Waarom heeft de persverantwoordelijke dat daar niet uit gehaald? Weet je wat we nog overhouden op de duur? Ik denk dat ze wel meer zullen winnen dan enkel de Ronde en Roubaix. Ik denk dat het uit de context is getrokken.

Ze maken een hoofddoel van de Ronde en Roubaix. Nog meer dan de voorbije jaren. Dus een beetje nuance? – Ja. Mark, jij bent ter voorbereiding als een bezetene naar wieleruitzendingen beginnen te kijken. Er is jou van alles opgevallen. Bijvoorbeeld bij de tumultueuze sprintoverwinning van Tim Merlier

In de UAE Tour dat de commentatoren dichterlijke vrijheid genoten. Het was raar. Er zit meer achter. Laten we eens luisteren naar het fragment. Gaviria vol met zijn wind in de neus natuurlijk. Hebben we dat goed gehoord? Gaviria vol met zijn wind in de neus. We gaan nog eens luisteren.

Gaviria vol met zijn wind in de neus natuurlijk. En dan staan ze ervan versteld dat er zoveel valpartijen zijn. Als alle renners gaan beginnen te rijden met de wind in hun neus, gaat dat niet te houden zijn in het peloton. Dus ik hoop dat UCI-voorzitter Lappartient

Over dat probleem zijn wind eens laat waaien. Want het gaat tenslotte over Gaviria. Dat is geen patattencoureur. En jij weet dat ook… – Wat? Hoge bomen laten veel wind. Ik zeg altijd: wie wind zaait, zal worst oogsten. Een naam die hier ongetwijfeld nog veel zal terugkomen, is Wout van Aert.

Maar ook voor hem heb je taaltips. Ja, in een andere podcast van mindere kwaliteit heeft hij dit gezegd: In het buitenland gelden dat zeker. In het buitenland gelden dat zeker. Dat vind ik raar. Nog eentje misschien. Ik begrijpte volledig zijn situatie. Ik begrijpte… Dat is het gevolg van die hoogtestages.

Ja, zijn wind is daar te dun. Dus dat is echt een probleem. Maar Wout van Aert is een vedette. – We vergeven hem dat. Ja, en vedetten worden geïmiteerd. In een van de laatste veldritten dit seizoen heb ik dit gehoord: Afgaande op het WK en de startlijst die Paul al even overloopte… Overloopte…

Overloopte… Je stylo is kapot. Maar Rudy, rustig. Ik zal je verdedigen. Want het is toch duidelijk een teken dat zijn leraars Nederlands hem vroeger niet gehelpt hebben. Ja maar ja… Of hij had niet goed geslaapt. Dat heb ik ook al gedenkt. Want ik had in de krant geleest

Dat hij met een hoogspringster had genoken. Jawel… Zo zijn we weer vertrokken. Ik stel voor je dat je de uitzendingen met argusogen blijft volgen. Nu, met argusoren. Werk jij in het weekend? – Helaas wel. Tot volgende week. Ik ga niet veel zeggen. Amai, amai. Zo zijn we meteen aanbeland

Bij iets wat ook nog altijd zal terugkomen: de waar-of-niet-waarverhalen. Mannekes nu, is er weer een marathonverhaal van Jan Bakelants. Als het dringend is, hoef je je niet te haasten. Jean, welk verhaal, al dan niet waar of niet waar, kun jij delen met de mensen? Ik zou willen teruggaan naar midden november.

We staan hier nu alle vijf goedgeluimd aan dezelfde tafel. Maar dat heeft aan een zijden draadje gehangen. Je bedoelt het voortbestaan van ‘Wattage’? Je moet toegeven: we waren bijna gesplit. We waren gestruikeld over het feit… Als het waar is. Of als het niet waar is. We waren bijna gestruikeld over het feit

Dat we moesten samenkomen in Brussel voor een promofilmpje. We zijn niet samengekomen in Brussel, omdat er calamiteiten zijn ontstaan. Het begon de week voordien, toen ik gas begon te geven dat we op maandag om negen uur in Brussel de VRT moesten zijn. Welk zinnig mens haalt het in zijn hoofd

Om op maandagochtend naar Brussel te gaan? Dit is nog niet weg, precies. Jij hoeft niks te zeggen. Je stond 2 minuten in de file en stuurde in de groepschat: Als het zo zit, dan… Ik stond nog niet in de file. Je was nog niet vertrokken? Het was geannuleerd.

Het was een horrorochtendspits. Er waren twee ongevallen gebeurd. In Vilvoorde was het slecht afgelopen. En Mark, die ik altijd als een trouwe partijsoldaat had ingeschat om te doen wat er gedaan moest worden… Die capituleerde ook. – Die capituleerde als eerste. Het is niet waar.

Hij capituleerde als eerste en zei: Ik wil niet komen. Waar zijn we mee bezig? Het werd op de spits gedreven. – Ja. Er is een conference call ontstaan. We waren er alle vijf bij en er werd gemanoeuvreerd. Er werd van alles geprobeerd om eronderuit te komen. Maar er was een probleem. Iemand…

Stond er al. – Plichtsbewust als altijd. Hij stond er al. Meer nog, hij slaagde er in die ochtendspits in om 10 minuten te vroeg aanwezig te zijn. Dirk De Wolf. Je moet de weg kennen. Ja… Wie was er vandaag te laat? Jean. – En Tom. Ninove staat aangeduid van in…

Van in Kasterlee, denk ik. We blijven bij ons verhaal. In elk geval, de spanning steeg ten top in de conference call. En uiteindelijk is besloten, na veel verwijten onderling… Om het te laten bekoelen. – Ja. Alles is afgeblazen. De technische ploeg is afgebeld. Thomas Swannet is afgevoerd.

Dirk De Wolf met de staart tussen zijn benen naar huis. Bijna was ‘Wielerclub Wattage’ gesplit. Dat waren de eerste barsten in ons goeie collectief. We hebben het weer bijgelegd. Het was Mark die voelde dat hij de aanstoker was geweest. Dus hij heeft iets opgenomen.

We hadden een plan B. We hadden iets goeds gescript. Maar we hebben een plan B gedaan, met trollen. En dat is uitgezonden geweest. En dat is uitgezonden geweest. Dat was de trailer van ‘Wielerclub Wattage’. Zou het waar zijn? We gaan het vragen aan de mensen.

Als je denkt dat dit onwaarschijnlijke verhaal waar is, moet je nu je hand opsteken. Jan, je bent al overtuigender geweest. Ja, dat is ontgoochelend. – Het is geen vette. Minder dan 50 procent. – Of ze kunnen mij heel goed lezen. Dat kan ook.

Of ze verstaan mij niet in Ninove. – Dat kan ook. We horen het aan het eind van de uitzending… Dat is hier toch altijd neig. – …of het verhaal klopt of niet. Tijd om het over het komende koersweekend te hebben. De wattagemeter meet de uitwendige prestatie van de wattage tijdens de meting.

Het heet dan ook een wattagemeter. Hier is onze rubriek ‘De wattagemeter’. Jawel. Nieuw sinds dit jaar is ‘De wattagemeter’. We moeten dat nog even uitleggen. Alle leden van ‘Wielerclub Wattage’ hebben een ploeg gemaakt voor de Sporza Wielermanager. We hebben een minicompetitie opgericht tussen ons. Jean, hoe groot is de ambitie om te winnen?

We gaan voor het hoogste. – Ja, Jan? Sorry, Tom? – Ik krijg er nu al stress van. Mark, wat verwacht je van de minicompetitie? Ik snap er tot nu toe niks van. Dat is niet zo goed. Dirk? Ik ga winnen. – Jij gaat winnen? We maken er een uitdaging van.

Wie laatste is na tien weken, nodigt de rest uit voor een… Diner. – Diner. Of iets anders? Nee, een diner. – Ik heb er toch geen schrik van. We gaan even inzoomen wie wie heeft gekozen. Eén ding is duidelijk: De meest gekozen renner, alle vijf, is Wout van Aert.

Hij is de kopman voor ons allemaal voor de Omloop. Dirk. Hij is incontournable? Ja, hij staat met een sterke ploeg aan de start. Hij heeft daar al gewonnen. Ik heb gezien in de Algarve dat hij al een goede conditie heeft. In de laatste rit is hij nog eens diep geweest.

Hij heeft een goed klassement gereden. Wel een mindere tijdrit. Maar ik verwacht Wout toch in de Omloop, zonder Van der Poel en Pedersen. Ik verwacht dat hij de finale rijdt en probeert te winnen. Wij allemaal, want we hebben hem allemaal. Jij bent een fan van Wout van Aert. – Natuurlijk.

Hij was de eerste in jouw ploeg. Ja, hij is de Witsel van de ploeg. De eerste die op papier staat. Maar ik ben altijd… Witsel in zijn goede periode dan? – Natuurlijk. Ja, niet Hazard. – Ja, die is gestopt met koersen. Voor de mensen die kijken:

We tonen ook de ploegen achter ons op het scherm. We pikken er af en toe wat renners uit. Opvallend, veel renners, maar het zal niet verbazen van Visma-Lease a Bike. Jan, Tom en ik hebben het maximum van vier renners van die ploeg gekozen. Meer mag niet. Mark heeft er drie.

Dirk, jij bent maar voor twee gegaan: van Aert en Tratnik. Geen Laporte, Van Baarle of Jorgenson. Er kan er maar een winnen van die ploeg, toch? De rest kan ook punten pakken. Ja, maar er zijn nog renners die ik erbij heb gezet. Ik gebruik veel Belgen. Waarom? Omdat die allemaal goed bezig zijn.

Ik heb het seizoen tot nu toe een beetje gevolgd. Een Wellens zal meespelen. Ik heb er ook jongens bijgezet voor Kuurne. Dat is de tweede wedstrijd die meetelt. Die Van Baarle komt juist van hoogte. Ik denk dat hij in dienst van Wout zal rijden.

Goed. Is het een vloek of een zegen, een sterke ploeg? Vooral een zegen in dit geval. Er zijn een aantal mannen die het klappen van de zweep kennen. Wout zal zaterdag wel de uitgesproken kopman zijn. Hij zal het moeten doen. Maar met zo’n ploeg het voorjaar ingaan is een droom.

Liever met een pion meer die de finale kan kleuren dan een pion minder. Wie ook bij ons allemaal in de ploeg staat, is Arnaud De Lie. Jan, welke stappen zie jij hem zetten dit jaar? Dat is moeilijk om nu te beantwoorden. Of welke stappen zou hij moeten zetten?

De aanpak is nieuw, dus ik verwacht meer van hem in de echte topklassiekers, waar hij de focus duidelijk naar daar heeft verschoven. Vorig jaar was hij heel sterk in het openingsweekend, vooral in de Omloop. Kuurne heeft hij toen niet gereden, wat ik een fout vond. Hij had veel voorbereidingswedstrijden gereden,

Waar hij succesvol was. Ik denk dat ze het nu te ver naar het andere eind hebben doorgedreven. Ik hoed me voor premature conclusies, maar De Lie is iemand die competitie nodig heeft en beter wordt door te koersen. Hij heeft de vreugde van een overwinning af en toe nodig.

Om beter te worden. – Ja. Het gewicht ligt bij die ploeg natuurlijk op zijn schouders. Is hij daarvoor te jong? Of vind je van niet? Tom? het type renner is… Ik wil even terugkomen op die voorbereiding. Arnaud is nog jong en flexibel en misschien kan hij baat hebben bij een andere voorbereiding.

Dat zullen we zaterdag snel genoeg weten. Hij is iemand die een ploeg voor zich kan laten rijden. Hij heeft organisch een bepaalde status bereikt in die ploeg zonder dat er druk wordt opgelegd. Hij is gewoon de kopman. Die indruk heb ik toch.

Ik verwacht veel van hem. Ik weet wel niet of dat zaterdag al zal zijn. Maar ik denk dat hij ons dit voorjaar zal doen verschieten. Ze missen wel een belangrijke pion met Vermeersch. Spjtig. Die jongen is drie of vier maanden out. Om hem in de finale te krijgen. – Zeker en vast.

De Lie heeft ook een andere voorbereiding gehad door direct op hoogte te gaan, waar ik wat schrik voor heb. Ik hoop dat ik mis ben zaterdag, want ik vind De Lie een sympathieke kerel. Maar ten opzichte van dat blok met Wout van Aert… Kan hij daar dan geen gebruik van maken?

Volgen, hè. – Altijd een goed idee. En op tijd erover gaan. Nog iets dat opvallend is: niemand van The Wolfpack in jouw ploeg, Jan. Geen vertrouwen in Asgreen, Lampaert, Alaphilippe. Dat is door die perschef. – Ah ja. Hoe je het draait of keert, die mannen blijven budget opsouperen.

En ik moet prijs-kwaliteit andere keuzes maken. Ik had ook… Het is een fictief budget. – Ja, een fictief budget. Je hoeft dat niet echt te betalen. Dat begrijp je toch, Ruben? Hij traint met van Aert. Dus hij zet er drie van Visma bij. We kunnen er niet omheen.

Ze hebben zich al meer getoond dan die van Soudal-Quick-Step. Maar voor de Waalse klassiekers heb ik Remco als kopman. Een klein tipje van de sluier. – Zit hij er al bij? Je bent gisteren nog met van Aert op pad geweest. Geen betonmixers tegengekomen? Nee, we zijn gaan gravelen in het bos.

En? Het draaide goed? Ja, ik zei het net tegen Dirk. De tijd dat het makkelijk ging om op training mee te rijden, is aan het passeren. Het is werken geblazen. Nu moet hij weer met mij gaan fietsen. Dat is ook al gebeurd. – Ja, vorige week. De gepensioneerden.

Hij is nog maar zes maanden gestopt. Wat zal dat dan zijn over 20 jaar? Ja… We zullen zien. Nog opvallend: Tim Wellens staat bij iedereen in de ploeg. Mark, die naam heb jij ook snel ingevuld? Hij reed goed. Hij heeft wel verloren, maar… Hij kan ook koersen winnen.

Ja. Maar hij heeft nog niet gewonnen. En dat doet hij gewoonlijk in het voorjaar. Vrij snel. Dat wil zeggen dat het nog moet gebeuren. Hij moet juist niks. Denk ik dat hij denkt. Hij is ook kopman tot en met Parijs-Roubaix. En heel gemotiveerd. Ik zag een video passeren van Johan Museeuw

Die hem bezig heeft gezien op verkenning drie weken geleden. In de regen was hij het parcours van een klassieker aan het verkennen. Het was voor een foto. Was het voor de foto? – Ik denk het niet. Nee, hij staat bij mij ook in de ploeg.

Hij is een sinecure om resultaten te rijden in het voorjaar. Ik zeg niet dat hij iets zal winnen, maar hij zal er altijd bij zijn. We gaan even vloeken in de kerk ook. Nog een vaststelling: Wij hebben allemaal Mathieu van der Poel,

Hij rijdt de Omloop wel niet mee, maar we gaan hem later wel inbrengen. Maar Jan Bakelants heeft geen plaats voor Mathieu van der Poel. Ja… – Jeanke? Je kunt niet en van Aert, en Philipsen en wie nog allemaal… Het budget was op. Dus je kiest wel Philipsen en niet Van der Poel?

Je mag nog transfereren. – Je kunt binnenkort transfers doen. Maar het is met boetes. – Dan betaal ik die met plezier en neem ik wat meer renners van twee of drie miljoen en klaar. Dat is allemaal doordacht. Hij snapt het niet. Hij begint er pas aan… – Hij gaat niet meedoen ook.

Hij begint ten vroegste in Milaan-Sanremo. Dus het is te vroeg om hem erbij te zetten. Jasper Philipsen, nog een naam die we uitlichten. Hij heeft nog niet gekoerst dit jaar. Dirk, jij kent hem. Hij zit vaak op Tenerife. Ik heb een berichtje kregen dat hij nog niet klaar is voor Het Volk.

Maar hoe is hij de winter doorgekomen? Goed. Hij heeft veel in Spanje gezeten, weinig in Tenerife. Hij heeft hard getraind, maar hij piekt naar de Tirreno. Dat is zijn laatste voorbereiding op Milaan-Sanremo. Dat is zijn eerste grote doel. Tot en met Parijs-Roubaix. Vlaanderen doet hij niet mee, denk ik.

Wint hij sneller een topklassieker dan Arnaud De Lie? Dat is heel moeilijk te zeggen. Het is onmogelijk om te zeggen wie het eerst een klassieker zal winnen. Er komt ook wat geluk bij kijken. Maar ze hebben allebei de capaciteit om dat dit jaar te doen. Dat is eigenlijk het antwoord. – Oké.

Andere vraag: Biniam Girmay. Jij bent de enige die erin gelooft. Ik vraag het mij vooral af. Ik ben niet helemaal zeker dat hij einde contract is. Dat is altijd een goede motivator? Ik heb er ook wat volk van Quick-Step in gezet, omdat er vorig jaar veel is misgegaan in de voorbereiding

Op het voorjaar. Ik geloof dat dat niet elk voorjaar zo zal zijn. Dus ik geef ze nog een kans. En ik verwacht er wel wat van. Ik denk dat ik een goede ploeg heb. Ik ben op jouw ploeg gaan inzoomen. Er zitten een paar vreemde namen bij.

Davide Bomboi. – Dat is mijn neef. Dus je doet het uit familiebelang? Is dat echt jouw neef? – Ja. Hij is goed bezig en dit was een mooie kans om hem bij mij in de ploeg te hebben. Mijn virtuele ploeg. – Mooi. Er is een vraag van een aanwezige, over Oliver Naesen.

Zal een onderschat renner… Ze hebben dat hier opgeschreven. Ik moet het juist lezen. Zal een onderschatte vergeten renner de toppers volledig choco rijden? Een vraag van Olivier Naessens. Ik dacht dat het over Oliver Naesen ging. Nee, het is iemand die Olivier Naessens heet. Zal een onderschatte, vergeten renner de toppers volledig choco rijden?

Ik denk het niet. – Nee. Dat is tegen de wetten van de fysica? Dat is verleden tijd. – Kan niet meer? Wegmüller, dat zien we niet meer gebeuren? Nee. – Dat is ook niet choco rijden. Dat is geluk hebben. Je moet er ook hard voor kunnen fietsen.

Dat wel, maar je moet voorsprong krijgen. Dat is niet mano a mano. – Oké. We gaan daar niet van uit. Bij dezen is de vraag beantwoord. Een stand is er nog niet en daarmee gaan we dit blokje afronden. We hebben allemaal een ploegnaam. Tom: Wielertoeristenclub Traag maar gestaag. Dirk: De Wolfkens.

Mark: Rij jij of rij ik? Ah, zo. Ik kon het zelf niet uitspreken. RIJJIJOFRIJIK. – Ja, het is zonder spaties. Ik ben gegaan voor Wielerclub waar is mijn ‘vra’? Ja, we vragen het ons ook af. En… Ik weet waar ze is. En ook: welke? O, ja… Jij zit te vaak bij Lefevere.

Nee, de boekjes. We hebben dat vroeger ook eens gezien bij Tom. Lefevere geklopt, zeg ik. Lefevere naar de achtergrond verdrongen. We zullen daar volgende week eens op terugkomen. Als je nog mag terugkomen. Geen probleem. En Jean, jij dacht bij het vinden van je naam: klinkt het niet, dan botst het maar.

Nee, ik heb mijn licht opgestoken bij ChatGPT. ‘Schat’ GPT. In het Frans. De Fransen spreken het zo uit. Heb jij je ploeg echt gemaakt met ChatGPT? GPT is het, zeker? In het Frans is het Schat GPT. – Maar je hebt dat echt gedaan? In het geval van Gaviria: PT dans le nez.

Dat klopt helemaal. Tot zover Jan zijn vakkennis. Wij gaan prijzen uitreiken de komende tijd. Je kunt die ook winnen via de Sporza Wielermanager. Maar wij doen er nog een schepje bovenop. We gaan vanavond al iemand een prijs overhandigen. We hebben een stoel nodig. Een rij en een nummer.

Ik stel voor dat iemand een rij zegt en iemand een nummer. En dan zal er iemand gelukkig zijn. De rij? G. – De G. Waar is rij G eigenlijk? Dat kan niet, er is maar één rij G. Daar ongeveer. Oké. 12. G12. – Ja. Wie is er G12? Mevrouw, gefeliciteerd.

Kom er maar bij. Ik ga wel vragen aan mijn collega’s… Kom maar naar hier. Het pakketje staat in de coulissen. We gaan dat zo wel overhandigen. Ik geloof dat het een onderhoudssetje is voor de fiets. Opletten, mevrouw. Opletten als Ruben je meevraagt naar de coulissen. Jongens… Sorry, framing. Framing…

Volgende week staan we hier nog met twee. Kom er maar bij, juffrouw. Je moet in het licht staan. Anders zien we je niet. We gaan je een prijzenpakket van BBB overhandigen. We hebben dat hier voor jou. Alsjeblieft. Het is allemaal voor jou. Heb je een fiets? – Ja, ja.

Spoelwater. – Het zijn geneesmiddelen. Een goed flesje wijn erbij. Als je je man beu bent… Je hebt alles. Ik stel voor dat we dit aan mevrouw meegeven. We gaan je terug naar je stoel laten gaan. Neem het mee. Zo is het. Alstublieft. – Voilà. Ik weet één ding, het is hoog tijd

Voor een volgend waar-of-niet-waarverhaal. En dan nu nog eens een verhaal van Dirk. Die raken maar niet op. Dirk, wat heb jij in petto voor ons? Wel, hier zitten veel Ninovieters. Denderwindeke behoorde daarbij. En ik ging met Marc Sergeant trainen, met Jan Goessens, met Roelandje, met… Was Noël Segers daar ook bij?

Wablief? – Noël Segers? Die was er ook bij. Na de klassiekers gingen wij altijd naar De Peerdekop in Denderwindeke, bij Odiel. De mensen hier kennen dat. En wat stond daar altijd klaar? Instekertjes van haar man. Of van haar vriend. En wij begonnen daarop te stekbollen. Wat? – Stek. Dat is bollen naar…

Met stekken. – Ja. En altijd als we naar de bovenkant gooiden, gingen we terug en vroegen we iets om te drinken. We zijn begonnen met koffie. En de tweede keer zei Roeland: We gaan eens iets goeds drinken. We namen een Leffe. – Iets goeds?

En na een keer of tien op en af, hadden we er acht of negen uit. Allee, jong. We konden er wel vrij goed tegen. Maar dat naar huis rijden… Marc woont in Ternat. Ik in Sint-Katherina-Lombeek. Jan in Denderhoutem. Hendrik Redant ook, dacht ik. En wij vielen regelmatig.

We raakten elkaar en we gingen onderuit. En op het bruggetje in Okegem gingen we onderuit. Je was een Alaphilippe avant la lettre. Nee, dat was alleen na de klassiekers. We deden dat drie keer per jaar. Na de voorjaarsklassiekers, na het WK en om het seizoen af te sluiten.

En dat was in De Peerdekop, bij Odiel. We kregen daar ook eten. En drank. We zaten daar na een training van negen uur ‘s ochtends tot drie uur in de namiddag. Dat was de training? – Ja. Dus de vraag die je wil stellen, is: Geloven jullie dat Dirk De Wolf een zatlap is?

Nee, dat niet. Ik heb altijd goed kunnen drinken. Ik heb dat van mijn moeder. Die is hier ook in de zaal. Die kon ook… Nog altijd. Nog altijd. Dat weet je van vorig jaar in Leuven. Dat was dus onze training. Nu zou dat moeilijk zijn.

Want ik weet niet of er nog veel renners… Van Petegem heeft nog in onze ploeg gereden. Tom kon er ook eentje drinken. Jan heb ik… Maar dat was in de winter, ‘s avonds. Nee, dat was tijdens het seizoen. – Maar wel ‘s avonds. Dat waren de mooiste momenten.

En dat was hier in Ninove. – Ik lig er weer bij. Ik passeerde daar dagelijks met de fiets. En De Peerdekop bij Odiel was een vaste stop. Ik weet niet of je overtuigend genoeg bent. Maar wie gelooft dat Dirk er redelijk veel kon verzetten? Iedereen, Dirk. – En zijn moeder. Iedereen.

We gaan straks zien of het waar is of niet. De kans lijkt me vrij groot. Tijd voor nog een nieuwigheid. We gaan vanaf dit jaar in ‘Wielerclub Wattage’ ook een award uitreiken. Ik heb Dirk De Wolf naar een hoogtepunt gebracht. Met één straffe stoot. Museeuw is wereldkampioen. Jaaa! Lugano 1996.

Wat was de strafste stoot van deze week? Voilà. De strafste stoot van deze week. Het gaat niet zozeer over sportieve feiten. We hebben het gisteren ook aan het Sporza-publiek gevraagd. Daar komen we zo meteen op terug. Het gaat meer over de calamiteiten die soms gebeuren in de koers. De zottigheden, de buitenbeentjes.

Ik ga jullie zo meteen de genomineerden voorschotelen. Maar we zijn op zoek naar een jury. En aangezien jullie niks beters te doen hebben: Tom Boonen, Dirk De Wolf, Jan Bakelants en Mark Uytterhoeven, jullie zijn de jury. De genomineerden deze week… We hebben een beetje gegraven in wat er in het voorjaar is gebeurd.

Adrien Petit laat een eigen resultaat schieten om een gevallen renner te helpen. Een beeld dat vaak gepasseerd is. Lotte Kopecky springt uit een vliegmachine in Dubai. * Alleen maar om jou te zien * – Bijvoorbeeld. De derde genomineerde: Bauke Mollema loopt een pijlsnelle 10 kilometer in Monaco. 30 minuten en nog iets.

Ongelooflijk snel. En genomineerde vier: Laurens ten Dam wint een driedaagse tocht in Colombia. Die vier komen in aanmerking. De jury kan beginnen. Wat was het strafste? Mag Laurens nu drie dagen naar Colombia? Nee, hij heeft er 1000 kilometer gereden. Ik vind het eigenlijk allemaal… Ik vind het gemakkelijk. Ja? Wie steekt er bovenuit?

Lotte Kopecky. Ik had dat ook al gestuurd. Dat zou ik niet durven. Ik heb dat gedaan en dat is wel… Bangelijk? – Ja. Waar en wanneer heb je dat gedaan? Boven de haven van Antwerpen. In Hoevenen? Ja. – Daar ben ik gaan springen. Voor de opnames van de fictiereeks van Philippe Geubels.

Dat was de moeite. – Terwijl het niet de bedoeling was. Ik ben de enige die echt gesprongen heeft. De rest is met dummy’s gebeurd. En? Ik heb het overleefd. Maar het is wel bangelijk? Vooral het moment dat je uit dat vliegtuig moet gaan hangen. Het is natuurlijk een duosprong.

Anders moet je eerst een week opleiding volgen. Maar je moet effectief loslaten. Je moet uit dat vliegtuig kruipen op vier kilometer hoogte, loslaten en enkele seconden wachten tot die gast springt. Aan de flank van het vliegtuig. En dat is vies. Maar als je begint te vallen… Ik zou het zeker nog opnieuw doen.

En omdat je redelijk wat lef moet hebben, zeg je: Dat springt er bovenuit. De rest zijn inspanningen. Petit kwam aan voor de 94e plaats. We zijn allemaal wel eens gestopt. – Ten Dam, ja… Het is al de tweede keer dat hij dat doet. Is het te extreem wat hij doet?

Het is extreem wat hij gedaan heeft, absoluut. En Mollema, een supersnelle tijd, maar ja… Dat verdwijnt in het niets bij wat Lotte Kopecky gedaan heeft. Die springt uit dat vliegtuig en de dag nadien wint ze die koers. Maar als Jan uit een helikopter of een vliegtuig springt,

Moet je er zeker een kaartje bijdoen met zijn adres. Hij is zo licht, je weet nooit waar hij belandt. Waar hij landt, hè. Enfin, veel mensen hebben gestemd via sporza.be. Die hadden een licht ander stemgedrag. Ik wou jullie niet beïnvloeden. 65 procent koos voor Petit. 14 procent voor Kopecky.

11 procent voor Ten Dam. Mollema kreeg 10 procent van de stemmen. Maar de jury heeft beslist. Wat Petit doet, zou iedereen moeten doen. Maar anderzijds hebben we dat allemaal al wel gedaan. Daarom is het niet per se straf. Het is ook makkelijker als je daar aankomt…

Hij kwam een minuut na het peloton aan. Dan is het makkelijker om even te stoppen bij een gevallen collega. Heeft Oliver Naesen eens niet Dries De Bondt over de streep geduwd? In zijn Belgische kampioenentrui? Twee dagen geleden in de UAE Tour, is Harold Tejada van Astana heel hard gevallen. Hij lag overal open.

Zijn fiets was gebroken. En een ploegmaat is gestopt. Hij heeft hem op zijn zadel laten zitten terwijl hij rechtstaand voortreed. Hij heeft hem eigenlijk echt een lift gegeven. Petit had dus vervangen kunnen worden. Net daarom, hij is inwisselbaar. Lotte stak er bovenuit. Ik durf niet te zeggen hoeveel mannelijke collega’s

Er zoals Lotte Kopecky uit dat vliegtuig zouden springen. In volle voorbereiding op een klassiek seizoen. Voorbereiding of niet, dat maakt niet uit. Als het misgaat, is het gedaan. Het is gewoon een soort hoogtestage. In ieder geval, er waren veel mensen die voor Kopecky hebben gestemd. Anouk Smets hebben wij eruit gepikt.

Die krijgt een shirt toegestuurd van AG Insurance. De wedstrijdoutfit, getekend door de leden van ‘Wielerclub Wattage’. Het leven is een avontuur. En dat heeft Lotte bewezen met haar sprong uit het vliegtuig. Bij dezen is de strafste stoot uitgedeeld. We gaan het truitje opsturen naar Anouk Smets. Over een straffe stoot gesproken:

De kleine van Schepdaal heeft al flink en goed gekoerst. Hij won de Ronde van de Algarve. Heeft hij een verpletterende indruk gemaakt? Of is dit business as usual? Gisterochtend heb ik een berichtje van hem gekregen, omdat ik hem een anekdote van vroeger had gestuurd, met Gilbert. Schakelen, dat is tijdverlies.

Hij kon zondag op die klim niet schakelen. Gilbert had dat gepost naar hem en hij antwoordde gisteren: Anders win ik wel. Ik zei: je hoeft niet meer te winnen, je hebt al genoeg gewonnen tot en met de Tour. Ik was daarnet nog iets vergeten. Misschien moeten we daar even naar luisteren.

Het komt ook uit die veldrit op het einde van het seizoen. Even luisteren. Naar wat wil je luisteren? – Het komt. Wees gerust. Als ik het goed bekeken heb, heeft hij in elke veldritmaand die er gereden is een cross gewinnen. Minstens één gewonnen.

Ik was verkouden, man. Je hoort toch dat ik verkouden was? Gewinnen… Je hebt me verkeerd begrepen: ging winnen. Eerst zeg je het juist. Gewinnen. En daarna kom je ineens met gewonnen. Waar komt dat vandaan? Als we zo gaan begonnen… Hij wilde het in het Duits doen. Hij dacht in Duitsland te zijn.

Maar ik heb je onderbroken. Hij heeft weer een heel goede winter gehad. Hij heeft de hele winter hard kunnen trainen. En ten opzichte van de rest, behalve Martínez, die drie maanden op hoogte heeft verbleven in Colombia… Die heeft hem twee keer geklopt. Maar hij staat weer ver.

Drie weken geleden zeiden we dat hij zou winnen van in het begin. Dat kan niet altijd goed zijn, want nu gaat hij naar Parijs-Nice als favoriet. Daarna naar Catalonië of Baskenland. – Hij start overal als favoriet. Maar dat is niet altijd goed. – Ik weet het, maar…

Hoe moet Remco Evenepoel nog geen favoriet zijn? Dat gaat toch niet? Door een keer gewoon mee te rijden. Door zich te laten lossen. Ken je dat? Ze rijden geen koersen meer om mee te rijden. Dat weet ik, maar… Ze pieken vaak naar maar een paar wedstrijden.

Voor de rest gaan ze liever trainen of op hoogte… Ze trainen rapper dan dat ze soms koersen. Er zijn te weinig wedstrijden waarvan hij gewoon kan zeggen: Ik ga even in de wielen meerijden. Dat doen ze gewoon niet meer. Daarom is het zo tof om hem te zien.

Als je maar 30 koersen rijdt, wordt er verwacht dat je in alle 30 goed bent. – Zo is het. Renaat Schotte vroeg na afloop wat er nog bij kon voor Parijs-Nice. Was dat blufpoker of niet, maar het was heel resoluut. Hij antwoordde: Veel. Dat is dan zo? Terwijl hij Algarve wint.

En daar rijden goede coureurs mee. Pidcock bijvoorbeeld. En toch kan er nog veel bij. Snelheid, hè. – Dat is ook allemaal relatief. Wat hij als veel beschouwt, is in werkelijkheid misschien drie of vier procent. Maar een renner voelt dat altijd zo aan. Je begint aan het seizoen

En je denkt dat je nog niet zo goed bent. Maar vaak ben je wel goed omdat je veel werk hebt geleverd. Dan zeg je nooit dat je in topconditie bent, omdat je dat wil uitstellen. Dat is ook mentaal. Je wil niet denken dat je in vorm bent als het te vroeg is.

Je kunt vorm lang rekken, maar mentaal mag je daar nog niet zijn in het begin van het seizoen. Zijn tijdrit was heel goed. Jan heeft commentaar gegeven. Die was echt heel goed. Die tijdrit was al af. Als hij daar de komende maanden nog wat in verbetert…

De juiste versnelling vindt om 30 kilometer zo snel te rijden met zijn aerodynamische houding, dan zal het moeilijk zijn om hem te kloppen. Maar hij heeft één concurrent, die Engelsman. Ik dacht het te zeggen. Maar die doet niet mee aan de Tour. Hij was wel een van de enigen en dat was opvallend,

Die aan de start stond in de Algarve zonder hoogtestage. En hij wint dan. Moeten we dat ook al straf noemen voor een kleine rittenkoers? Want zelfs voor kleine rittenkoersen lijken ze zich voor te bereiden met hoogtestages. Dit is een koers die voor iedereen anders in de kalender ligt.

Voor sommigen was dat de opbouw naar iets anders. Anderen zijn daar om te winnen. Nog anderen komen perfect voorbereid aan de start. Je kunt er weinig over zeggen. Ik denk wel dat Remco nog zal verbeteren door op hoogtestage te gaan. Zijn piek zal inderdaad later liggen.

En als er in de Ronde van de Algarve een tijdrit van 30 kilometer zit en je hebt die kwaliteiten in een tijdrit… Dan komt eindwinst al dichtbij. – Ja. Dan moet het parcours wat meezitten. Zonder tijdrit was het moeilijk geweest. Dan had hij moeten improviseren

En een solo doen waar hij een patent op heeft. Zoals in de Figueira Classic. Dan moet het al op die manier om alles nog om te keren. Vonden jullie de Figuera Classic dan nog indrukwekkender dan de Algarve? Door zijn natuurlijke tijdritkwaliteiten? Heel indrukwekkend was dat. Want daar stonden goede renners aan de start.

Om daar 50 kilometer voorop te rijden, in je eerste koers… Je start toch altijd met een beetje twijfel. Dat was gedurfd. En hij kan het zichzelf makkelijker maken door te wachten tot de laatste keer en 15 kilometer alleen te rijden. Het resultaat zou hetzelfde zijn. Maar superindrukwekkend. Een testje. – Ja.

Ben jij soms nog verbaasd, Mark? Ik heb hem na de wedstrijd gestuurd: Waarom 50 kilometer? Vind je dat tof, alleen rijden? Ja, zei hij. Dat is de beste training voor mij. Toen moest Algarve nog komen. Hij zei: Daarin zit een tijdrit van 25 kilometer. Ik heb er nu een van 50.

Ben jij soms nog verbaasd door Remco Evenepoel? Rijden ze daar nog achter? Als hij 20 seconden weg is, hij is wereldkampioen tijdrijden… En als die Engelsman er niet bij is, is hij de beste tijdrijder ter wereld. Want die is op komst. Daar ben ik wel bang voor. Maar dan is hij weg.

De vergelijking met Merckx wordt af en toe gemaakt, hoewel het niet mag. Toen Merckx in 1969 de Tour won, had hij een rit in de Pyreneeën gewonnen met bijna acht minuten voorsprong. René Vietto, iemand die in de jaren 30 de Tour had gewonnen, zei: Ce sont des résiliers derrière.

Dat betekent dat die gasten denken: of we nu doorrijden of niet, hij wint toch. En ze beginnen onder elkaar… – Voor plaats 2 te rijden. Ik vraag me af hoe gauw dat gebeurt. Want als hij 15 seconden weg is, is hij weg. Jan, jij komt het meest recent uit het peloton.

Is er een soort capitulatiegedrag op een bepaald moment? Als iemand zo’n overwicht heeft? Nee, dat vind ik momenteel niet het geval. Nee. Maar is daar in ploeg achter gereden? Of in ploegen? En met overtuiging. Op het moment dat Remco wegrijdt in die Figueira Classic, was er niet veel peloton meer over.

Er schoot nog 45 man over. Er was geen enkele ploeg die nog compleet was. Eigenlijk is hij dan op zijn gevaarlijkst. Het is nog heel ver, je hebt schrik om mee te gaan en er is niet genoeg volk meer om er achteraan te rijden.

Die Mexicaan die goed begonnen is aan het seizoen, Del Toro… Jij bent ook een beetje verliefd op hem. Ja, daar heb ik een boontje voor. Hij heeft de Ronde van de Toekomst gewonnen. – Ja. Een grote toekomst, denk ik. Hij is beter begonnen dan ik in elk geval.

Hij had al een rit gewonnen in de Tour Down Under. Een indrukwekkende en interessante renner. Die houden we in de gaten. We hebben nog twee verhalen tegoed. Het verhaal van Tom Boonen. Wat een coureur. Wat heeft die mens niet allemaal meegemaakt? Laat ze maar komen, de verhalen van Tom Boonen.

Ik stel voor dat we naar jouw verhaal gaan luisteren. Zal er iemand eens iets verzinnen, vraag ik mij af. Ik vraag mij dat ook af. Ik neem jullie mee terug naar het openingsweekend van 2003. Dat was jouw eerste jaar. – Mijn eerste jaar Quick-Step. Ik ga niet het hele koersverloop vertellen.

Maar Johan rijdt weg in de finale, ik spring achter hem aan. Ik had gewacht op Frank Vandenbroucke en die komt terug. We rijden samen over de finish. Een, twee en drie. Nee. Een, twee, vier en vijf. Sorry. – Van Heeswijk zat ertussen. Maar daar gaat mijn verhaal niet over.

Dat gaat over wat er zich heeft afgespeeld na de finish. Ik kom aan de bus en de buschauffeur was een Australiër. Die is ondertussen overleden. Ze waren naar de finale aan het kijken en de tv’s waren uitgevallen. Ze waren uit de bus gegaan en waren bij iemand anders naar de koers gaan kijken.

Dus de bus was even open geweest. Maar dat wisten wij toen nog niet. Dus ik kom uit de douche, aan het nazinderen van de koers. En ik begin mijn onderbroek te zoeken. En die bleek verdwenen te zijn. En ik had maar één onderbroek mee, want ik was in mijn gewone kleren aangekomen.

Dus ik begin te zoeken. Ik dacht dat iemand ze had afgepakt. Maar dat was niet zo. En ik merkte aan de sfeer dat er niet gelogen werd. En mijn blik dwaalt af en ik kijk uit de bus en daar staat een jong meisje met mijn broekje te zwaaien.

Die was in de bus gelopen en had mijn onderbroek gepikt. We zijn die vriendelijk gaan terugvragen. Op een of andere manier geloof ik het. Maar ik vind het wel straf. En veel straffer: ik heb dat twee keer meegemaakt. Als het met hetzelfde meisje was, is het waarschijnlijk je vrouw.

Nee. En ze was niet proper. Hoe wist die… De zak van Tom Boonen, hè. Ah, de zak van Tom Boonen… Ja, ja, ja… Jawel. Wij hebben altijd een zak met onze naam op. In het voorjaar hadden we ook de namen op de zetels van de bus staan.

Iedereen had zijn eigen plaats. Dus mijn onderbroek gepikt. Ik vind het een goed verhaal. Ik weet alleen niet of het waar is. We gaan het vragen aan de mensen. Is de onderbroek van Tom Boonen gepikt geweest? Ja of nee? Wie gelooft de onderbroek? Ik zou zeggen: op de marstabel van Jan.

40 à 50 procent gelooft het verhaal. Dus tegen volgende week hebben wij merchandising: Een onderbroek met daarop ‘de zak van Tom Boonen’. Die is er al. Die ligt al klaar. Straks in de webshop. – Sowieso. Je moet het ijzer smeden terwijl het heet is. Ik hoop dat jullie de voorbije winter

Ook op jullie wielerkennis hebben gewerkt. Want die was niet altijd even goed op peil vorig jaar. Het zal van doen zijn, want onze quiz zijn we nog niet verleerd. Hoeveel renners denken jullie dat er als wereldkampioen, de Omloop Het Nieuwsblad hebben gewonnen? Het Volk ook, toch? – Ja.

Opgelet, ik zeg het er nu al bij: het is een strikvraag. Het is een strikvraag. – Geen enkele. Wacht, ik geef jullie eerst wat tijd. 60 seconden om het antwoord te vinden. En jullie tijd gaat vanaf nu in. We moeten de wereldkampioenen overlopen. Heb jij gewonnen in… – Een strikvraag dus.

Hij heeft nooit gewonnen. – Merckx ook niet. Merckx ook niet, nee. Van Looy? Dat weet ik niet. Dat is voor Mark. Denk out of the box. Een strikvraag. Gilbert ook niet. Omloop Het Nieuwsblad, Omloop Het Volk. Alleen bij de vrouwen dan. Je zit warm. Maar je moet nu vooral namen noemen.

We hebben nog 35 seconden. – Van Vleuten. Van Vleuten heeft in de regenboogtrui gewonnen. Nog drie te gaan. Chantal Blaak. – Nee, niet Chantal Blaak. Marianne Vos. Marianne Vos, nee. Jullie hebben nog gekoerst met de man van de vrouw in kwestie. Ze heeft nu twee kinderen en koerst nog altijd.

Deignan. – 15 seconden. Zei je Deignan? Ja, die. – Wie? Ook bij de mannen iemand. Lizzie Deignan. Bij de mannen één iemand. – Hushovd? Jan Raas? – Nee. Oh, die gaat vloeken. En ook niet Roger De Vlaeminck. Die is geen wereldkampioen geweest. – Freddy. In 1977. 1977.

En nog eentje: Anna van der Breggen. Die heeft het ook gedaan. Maar dat brengt ons bij het volgende bruggetje. Het kan vijf worden. Niet van der Poel, want die is er niet bij. Maar Lotte Kopecky kan er als vijfde bij. Hoeveel kans? Veel. – 90. Dat is heel veel. Als ze niet valt…

Wie gaat haar volgen op de Muur, misschien? Op de Muur demarreert ze, op de Bosberg breidt ze uit en dan rijdt ze alleen naar Ninove. Naar de kerk van Denderwindeke en dan… En dan rechts omhoog naar De Peerdekop. Aan de beenhouwerij vroeger omhoog. Wat vinden jullie het zwaarst als concurrentie?

Je eigen ploegmaats of tegenstanders? – Tegenstanders. Want er wordt heel veel gezegd en geschreven over die ploeg. Hoe gaan ze dat allemaal geregeld krijgen? Als het een ploegmaat is, verlies je de koers niet. Je wint de koers met iemand anders. Soms is dat zuur, maar het is niet hetzelfde

Als geklopt worden door een concurrent. Kopecky heeft haar contract verlengd tot 2028. Goeie zaak dat ze daar safe zit? Ze is vier jaar op haar gemak. Ze hoeft nu alleen nog maar te trainen en te koersen. De rest is bijzaak. En elke twee, drie maanden de rekening eens checken.

Ik hoop dat ze daar niet te snel mee geweest is, want het vrouwenwielrennen evolueert heel hard. Ze ligt nu vast voor vier jaar. Je weet niet of de markt groter wordt. Over twee jaar ziet de wereld er daar helemaal anders uit. Maar het is wel aangenaam.

Misschien houdt ze wel van die rust in het hoofd. Het is ook geen straf om bij die ploeg te rijden. Het is de ploeg waarbij je wil rijden. Ik denk dat zij zich heel comfortabel mag voelen. Ik vraag me wel af hoe Vollering dat nieuws heeft vernomen.

Of die ook gaat bijtekenen, want de geruchten zijn… Ik hoor in de wandelgangen dat daar inderdaad iets kan moven. Ik denk dat dat onrechtstreeks Lotte rust geeft. Of het allemaal zo ver zal komen, moeten we nog zien. Pas als de handtekeningen gezet worden, vertrekken rensters al dan niet.

Ze zit goed bij die ploeg. In het begin werd er gevreesd toen ze naar die ploeg ging. Maar haar grootste overwinningen zijn er bij die ploeg gekomen. Ze voelt zich daar goed. Het materiaal is in orde. Ze kent de entourage. De mecanicien ook.

En als je je goed voelt in een ploeg, moet je daar blijven. Tom is ook altijd bij Quick-Step gebleven. Ze heeft gewonnen in de Emiraten na die beklimming van een kilometer of tien. Dat was redelijk indrukwekkend. Longo Borghini en Persico kunnen haar tegenkomen in het klassieke voorjaar.

Die zijn daar op anderhalve minuut gereden. Is dat veel in deze fase van het seizoen? Ik weet eigenlijk niet of dat relevant is. Het is een heel andere koers dan wat we straks krijgen. Het was een vlakke rit met daarna een inspanningstest van 20 minuten. In het voorjaar is het iets meer tactiek.

Dan kan ze ook meer steunen op haar eigen ploeg. Meer koers ook. – Ja. Meer tactisch doorzicht. Meer randfactoren die roet in het eten kunnen gooien. Je rijdt sneller lek in de Omloop Het Nieuwsblad dan in de Emiraten. We hebben het graag over het vrouwenwielrennen.

Sinds dit jaar is er ook een Wielermanager voor vrouwenploegen. Ik heb die ingevuld. – Heb jij er eentje ingevuld? Ik heb er eentje voor ons ingevuld. Als het goed is. Maar we moeten het wel eens zijn dat die ploeg mag vertrekken. Kijk heel even mee. Kopecky, Wiebes, Reusser.

Ik heb Vollering er niet in gezet. – Ik ook niet. Een blèterke. Rustig, Dirk. Rustig. Kalm. We beginnen nog maar. – Ja, toch. Ik vind dat Vos goed aan het rijden is. Ze staat er ook in. Niet iedereen kan de koers winnen, maar ze kan wel punten sprokkelen in de achtergrond. Niewiadoma.

Schweinberger reed de finale van het WK in Glasgow mee met de groten. Uttrup Ludwig. Wie wil je erin? De Wilde. Julie De Wilde. Zet er eens een Belg of twee in. Ze moeten ook wel in staat zijn om prijzen te pakken. Maar waarom niet? Die zal toch ook verbeterd zijn? Ik hoop het.

Is Bunel beter? Is Pienaar beter? Ik weet dat allemaal niet. Ik heb er Belgische in gezet. Soms gaat het over budgetten, want Julie De Wilde kost ondertussen al wat geld. Geloof jij dat ze de stap zet? Vorig jaar veel pech gehad. Veel gevallen. – Ze zal verbeterd zijn. Hard getraind in de winter.

Wekenlang in Spanje gezeten. Als je nu 20 wordt, moet je die stap zetten. Anders blijf je aanmodderen en dan blijf je op een niveau dat je het niet waard bent om met Kopecky en Wiebes mee te koersen. Zo is dat. Die stap moet inderdaad gezet worden.

Jan, kun je je vinden in die ploeg? – Ja. Allee, ik zou Vollering… Maar je mag er misschien maar drie hebben bij de vrouwen, uit dezelfde ploeg. – Ja, drie van dezelfde ploeg. Dan kan ik me hierbij aansluiten. We zullen zien hoever we komen in de stand.

Voor Luik kun je Wiebes eruit halen en Vollering erin brengen. Je kunt transfers doen. – Heel goed bekeken. Zaterdag is er de Omloop voor vrouwen met wereldkampioene Lotte Kopecky, live te volgen op VRT 1, na afloop van de mannenwedstrijd. En nu het verhaal van Mark Uytterhoeven.

Als je iets wil halen in de frigo, dit is het moment. Het laatste verhaal van aflevering 1 wordt ons vriendelijk aangeboden door Mark Uytterhoeven. Omdat je graag hebt dat er verhalen zijn die volledig verzonnen zijn… Heb jij je best gedaan. Ik dacht uit te leggen dat ik in dezelfde afkickkliniek

Heb gezeten als Julian Alaphilippe, maar dat is waar. Dus dat kan ik niet vertellen. Dus ik ga iets vertellen over de Tour van 1989. Ik gaf commentaar samen met Mark Vanlombeek en André Meganck. In die tijd was het niet twee van de drie maandagen rustdag.

Er was een rustdag halfweg de Tour. Er was ook nog geen gsm. Er werd naar huis gebeld, maar dat liep altijd vast. C’est impossible, il y a trop de monde. Dus ik had vooraf tegen mijn vrouw gezegd: Ik probeer drie keer te bellen. Als het niet lukt, ga ik fietsen. Op de rustdag.

Ik was acht jaar of zo samen met mijn vrouw. En voor het eerst waren wij bijna een maand uit elkaar. En ik zweer je, als je dan van Parijs naar huis rijdt… Althans in mijn hoofd stelde ik mij van alles voor. Echt waar. Fantasie en…

Ik had mijn sleutels niet mee, daar ben je in Frankrijk niks mee. Dus ik bel aan en ze doet open. En ze had een schaafwonde van kop tot teen over heel die kant. Net wat je verwacht had. – Weg sfeer, weg fantasie. Alles weg. En ze legt uit wat er gebeurd is.

Ze fietste toen mee met de wielertoeristen. Als wij een driedaagse deden met elke dag 160 kilometer, dan deed zij dat ook. Ze ging dus trainen terwijl ik in de Tour zat. En ze rijdt langs de Leuvense vaart. Er steekt haar een mannelijke wielertoerist voorbij. En in die tijd, meer dan nu:

Hij kijkt niet achterom, want het is een vrouw en een man rijdt sneller dan een vrouw. Dus hij denkt er zelfs niet aan. Maar mijn vrouw, goed opgeleid bij WTC Tielt, kruipt in dat wiel. En die gast denkt: ik moet naar huis. En hij rijdt rechts het paadje af.

Maar mijn vrouw zit daar met haar voorwiel. Baf, mijn vrouw onderuit. Daar komt een mens uit zijn huis: Wat is er gebeurd? Ik weet het niet, ze is gevallen. Ik weet niet waar ze vandaan komt. Ze rapen haar op en dragen haar dat huis binnen. Ze ligt in de canapé.

De tv staat op. En ik ben commentaar aan het geven. Dus ze begint: Dat is mijn man. Dat is mijn man. Wat is er, mevrouw? Mijn man! Ze denken: die denkt dat het een geest is. Nee, op televisie. Ze hebben nog net niet de psychiatrie gebeld.

Ze hebben haar uiteindelijk in de ambulance gelegd. ‘s Anderendaags zeg ik: Mag ik die wonde eens goed bekijken? En aan de linkerkant ontbrak een tepel. Ik had dat direct gezien. Medisch ben ik nogal thuis in de mens. Ik heb gevraagd waar dat accident gebeurd is. Ik ben op mijn fiets gesprongen

En ik heb die tepel teruggevonden in de graskant. Opgeraapt. Ja. En een tepel terugzetten is niet moeilijker dan zo’n haakje voor de keukenhanddoek. Poef, dat zit er weer op. En nadien nog veel vriendschap van gehad. Een zeer geloofwaardig verhaal Het zou zomaar gebeurd kunnen zijn. We gaan het vragen aan de mensen.

Wie denkt dat het verhaal van Mark Uytterhoeven waar is? Toch een paar moedige mensen. Mijn vrouw zit hier, hè. We kunnen bewijzen aandragen straks. Zo meteen gaan we checken of de verhalen waar zijn. Maar nog heel even vooruitblikken naar zaterdag en zondag. Een pronostiekje. Wie van jullie renners wint de koers?

Van Aert, zeker? – Jij gaat voor van Aert? Ik zal maar volgen. Je mag volgen, maar dat hoeft niet. Ik denk ook Wout. Oké. Van Aert. Maar ik ben altijd voor van Aert. Ik weet het. Ik zal dan zijn ploegmaat zeggen, Tratnik. Omdat hij die zelf ook heeft aangestipt?

Die rijdt heel rap. We hebben hem in verschillende koersen bezig gezien. Met Wellens ook. Ik vond dat hij heel rap rijdt en dat hij een wedstrijd als de Omloop goed aankan. Hij kan goed bergop rijden, hij kan alleen rijden. En als hij als bliksemafleider weggaat rond Brakel

En de Muur over geraakt, kan hij tot in Ninove rijden. Een scenario waarbij iemand uit die ploeg voor de Muur weg is… Dat is heel realistisch. Daarom vind ik het ook een kutvraag, wie er gaat winnen. I know, maar we moeten ergens de discussie openen.

Het is onmogelijk om te zeggen hoe de wedstrijd zal lopen. Er zijn duizend scenario’s mogelijk waarbij een ploegmaat van Wout de koers kan winnen. Maar ik heb toch het gevoel dat hij nu aan de teugels zal trekken. Vorig jaar deed Tiesj Benoot dat, net voor de Muur. Ik denk dat…

Vlak voor de Muur was Van Baarle al weg. Ja, Van Baarle. Tiesj Benoot, dat was met Tratnik en Van Hooydonck. Maar dat was op 80 kilometer van de meet. Tratnik is nu sterker. Dat was op de kasseien. Ik denk dat Tratnik niet explosief genoeg is om alleen weg te raken.

Ze zullen altijd op de rem staan omdat ze niet zeker zijn dat hij de sprint kan winnen tegen wie er ook nog bij is. Alleen renners die kunnen winnen, mogen naar de meet rijden. Of op zijn minst blijven meerijden. Een uur is voorbijgevlogen. Het gaat snel als je plezier maakt. Enfin, ik toch.

Ik weet niet of dat voor jullie ook geldt, maar voor mezelf wel. We hebben een nieuw einde voor ‘Wielerclub Wattage’. We hebben Mark Uytterhoeven bereid gevonden om een klassieker van hem af te stoffen. Niet alleen van mij. Het kwam eigenlijk uit ‘De fiets van Pavlov’. Jij hebt daar nog in gezeten.

Voor het WK in Zolder. – Ja, zowel het veldrijden… Ik heb daar met mijn helm op nog gezeten na het WK. En mijn pa zei: Zet je helm af, dommekloot. Altijd naar je vader luisteren. Dus we hebben Mark bereid gevonden… – Had je je zak mee?

Altijd. Ik ga nooit van huis zonder mijn zak. We hebben jou dus bereid gevonden om iedere week die klassieker af te stoffen en in te gaan op de wieleractualiteit. De hit heet natuurlijk ‘Rijen, rijen, rijen, stoempen, stoempen, stoempen’. De enige hier aan tafel die in dat nummer geschreven is, is…

* Tom Boonen de forcing * Tom Steels duikt in het gat. Enzovoort. Geen Dirk De Wolf, geen Jan Bakelants toen nog niet. Hij zat wel in dat nummer. We hebben een kleine huisband voor jou geregeld. Dat is vriendelijk. We hebben ook een geweldig publiek, dat dienst kan doen als koor.

Voor het eerst in 22 jaar nog eens op televisie en op alle kanalen van Sporza te horen: Mark Uytterhoeven. Mathieu en Guillaume zijn erbij komen staan. Ninove, we gaan ons klaarmaken voor het geweldige ‘Rijen, rijen, rijen, stoempen, stoempen, stoempen’. * Wielerclubje Wattage * Wat een zever is dat?

* Een betwetersclubje en ik weet niet wat * * * Bakelants, de Dirk, de Uytterhoeven moet niks * Juist nikske * Wout van Aert al goed in vorm, Remco al God * Mathieu, die zegt: Die twee zijn zot * Ik blijf in mijn kot * Hij zit in Spanje * Rijen, rijen, rijen

* Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe * Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe * Dit was ‘Wielerclub Wattage’ vanuit Ninove. Ik ga al mijn gasten bedanken. Geef ze een daverend applaus. Jan Bakelants. Tom Boonen. Mark Uytterhoeven.

En Dirk De Wolf. Volgende week komen we opnieuw samen, dan in Mechelen. Geniet van de Omloop en Kuurne dit weekend, live op VRT 1. Geniet van de koers. En geniet van het leven. Tot volgende week. Byebye. * Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe

* Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe * Ik ga nog één keer inpikken, want we zijn iets belangrijks vergeten. Waren de verhalen waar of niet waar? Dat hebben ze nog niet gezegd. Dirk De Wolf, was jouw verhaal waar? – Natuurlijk.

Ik ging daar drie keer per jaar. Zatlap. Mark Uytterhoeven, was je verhaal waar of niet waar? Mijn verhaal was waar, op de tepel na. Tom Boonen? De zak van Boonen? Mijn verhaal was waar, behalve dat er niks gestolen was uit mijn zak. Niet waar. – Niet waar. Oké.

Jan Bakelants, was jouw verhaal waar? We waren bijna gesplit. – Ja, dat is juist. Maar we zijn gelukkig samengekomen en dat doet ons veel plezier. Nog één keer ‘Rijen, rijen, rijen’ en tot volgende week. Eén, twee, drie en… * Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg

* Lompe * Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe * Rijen, rijen, rijen * Stoempen, stoempen, stoempen * Rijen, rijen, rijen, uit de weg * Lompe * Ondertitels: Wim De Meester & Nele Santens (2024)